“Ondanks dat ik maar kort contact heb met patiënten, kan er toch snel een vertrouwensband ontstaan”
Kennismaken met: arts-assistent Wendy Schreurs
Gepubliceerd op: 26 mei 2021De van oorsprong Winterswijkse Wendy Schreurs maakte tijdens haar coschappen op de afdeling Neurologie en Kindergeneeskunde al kennis met werken in het SKB. Haar eindstage zou ze eigenlijk in Suriname doen, maar de coronacrisis gooide roet in het eten. Suriname werd de Spoedeisende Hulp (SEH) in het SKB. “Ik kon het heel goed vinden met mijn collega’s en kreeg op een prettige manier feedback. Daardoor voelde ik me veilig en was het een fijne plek om ervaring op te doen”, vertelt ze. Inmiddels werkt Wendy als arts-assistent op de Spoedeisende Hulp (SEH) in het SKB. Wendy: “in mijn werk op de SEH heb ik vaak korte patiëntcontacten, maar ik vind het heel mooi om te zien dat er toch snel een vertrouwensband kan ontstaan. Patiënten zijn kwetsbaar en daardoor vaak veel opener.”
Van pijn op de borst tot cirkelzaagverwondingen
“Werken op de SEH is heel afwisselend. Je moet snel kunnen schakelen: het is rennen of stilstaan. Soms is het rustig en dan ineens heel druk. Ik zie patiënten van jong tot oud en met uiteenlopende klachten. Tijdens mijn studie heb ik van alles geleerd en op de SEH blijkt dat dat niet voor niets is geweest. Doordat ik zoveel verschillende patiënten zie, kan ik mijn kennis gelijk in de praktijk brengen. Dat maakt het werk ook leuk: je weet niet wat je kunt verwachten en moet op alles voorbereid zijn.” Op de afdeling hangt een aanmeldingsbord waarop het SEH-team kan zien welke patiënten er binnenkomen en met welke klachten. “Dat kan van alles zijn. Van pijn op de borst tot cirkelzaagverwondingen. Natuurlijk is niet alles tijdens mijn opleiding aan bod gekomen, maar gelukkig zijn de medisch specialisten makkelijk te benaderen voor hulp.”
‘Neet nöhlen’
“Patiënten komen niet voor de lol naar de Spoedeisende Hulp. In de Achterhoek zeggen we vaak ‘neet nöhlen’ (niet klagen). Dat zit ook in de Achterhoekse mentaliteit. Dus als patiënten zich melden op de SEH, dan is er vaak wel echt iets aan de hand. Ik doe mijn best om hen zo goed mogelijk te helpen. Goede communicatie is daarbij heel belangrijk. Op de SEH heb ik maar kort contact met patiënten, maar inmiddels heb ik ervaren dat als mensen kwetsbaar zijn, ze vaak ook opener zijn. Ze vertellen over hun angsten, terwijl ze dat thuis niet zo snel doen. Daardoor ontstaat er toch snel een vertrouwensband. Ik vind dat heel bijzonder om mee te maken.” Op de vraag wat ervoor zorgt dat ze aan het einde van haar dienst met een voldaan gevoel naar huis gaat, zegt ze: “het stellen van de juiste diagnose bij patiënten en de fijne samenwerking met collega’s. Dan denk ik: dat hebben we weer samen gedaan. Er heerst een sterk teamgevoel.”
Blijven ontwikkelen
“In mijn werk ontwikkel ik me iedere dag en dat wil ik ook blijven doen. Uiteindelijk wil ik graag huisarts worden. De kennis en vaardigheden die ik nu op de SEH opdoe als arts-assistent, helpen mij om later beter te kunnen bepalen welke patiënten ik als huisarts verder moet verwijzen, zeker in spoedsituaties. Ook de manier van communiceren en hoe je iets overbrengt aan patiënten en collega’s is heel belangrijk.”